Tof
Ik heb een nieuw favoriet woord. Tof. Ik had het aanvankelijk niet in de gaten, totdat ik het begon te gebruiken op de meest vreemde momenten. Iemand de deur openhoudt: tof. Als je er even over nadenkt is het inderdaad een tof woord, tof. Kort, krachtig en iedereen weet precies wat je bedoelt. Zeker in een tijd van geen tijd hebben is tof een zeer geschikte keuze op bepaalde momenten. In plaats van ‘ik ben blij voor je’ of ‘dat heb je goed gedaan’ zeg ik nu: tof. Hoe was de film? Tof. Dus niet: vanuit de antagonist bekeken is de film een opmerkelijke vertaling van goed staat to slecht en camerabewegingen die duidelijk een andere emotie teweegbrengen dan die van de protagonist om zo te komen tot een verdraaid opmerkelijke plotontwikkeling. Voor een goed gefundeerde uitleg is geen tijd meer. Dus: hoe was de film? Antwoord: tof.
De volgende stap is zoonlief J’s eerste woordje. Lopen heeft hij al onder de knie, nu praten nog. Papa en mama vergeet ik even, dat zijn geen woorden maar klanken. Sinds kort ben ik een geheime (bij deze geopenbaard) operatie met de naam Operatie Zeg Maar Tof. En de tijd begint te dringen aangezien ik laatst kon zweren dat hij iets zei dat wel heel erg leek op de Limburgse equivalent van ‘zo’, als in ‘zo, dat hebben we weer gedaan’. Fonetisch leest zich dat als: dèh. Een woord dat ik veelvuldig gebruik in het bijzijn van J. En ik snap het maar al te goed. Geen gekke letters (zoals s, z, q), kort en maar een klinker. Ideaal instapwoord, net als tof.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten